Nederlands pensioensysteem
Het Nederlandse pensioensysteem is een van de meest ontwikkelde en solide systemen ter wereld en is gebaseerd op een collectief en verplichte deelname van werknemers en werkgevers.
Het systeem bestaat uit drie pijlers:
- De AOW (Algemene Ouderdomswet) is een basispensioen dat door de overheid wordt uitgekeerd aan iedereen die de AOW-leeftijd (momenteel 66 jaar) bereikt en in Nederland heeft gewoond of gewerkt.
- Het aanvullende pensioen, dat wordt opgebouwd via collectieve pensioenregelingen die werkgevers aanbieden aan hun werknemers. Deze regelingen zijn ondergebracht bij pensioenfondsen, die het geld beleggen en het pensioen uitkeren wanneer de werknemer met pensioen gaat.
- Het individuele pensioen dat werknemers zelf opbouwen via bijvoorbeeld een lijfrente of banksparen. Dit is bedoeld als aanvulling op het aanvullende pensioen.
Het Nederlandse pensioensysteem kenmerkt zich door collectiviteit, solidariteit en een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het opbouwen van voldoende pensioen. Het systeem staat onder toezicht van De Nederlandsche Bank en de Autoriteit Financiële Markten om de stabiliteit en betrouwbaarheid te waarborgen.
Het Nederlandse pensioenstelsel kent, zoals eerder uitgelegd, drie pijlers. De tweede pijler betreft het aanvullende pensioen dat werknemers opbouwen via pensioenregelingen die door hun werkgevers worden aangeboden. Binnen deze pensioenregelingen kan er sprake zijn van een beschikbare premieregeling, ook wel DC-regeling genoemd.
In een beschikbare premieregeling wordt er jaarlijks een bepaald bedrag aan premie ingelegd door de werkgever en/of werknemer. Dit bedrag wordt belegd in een beleggingsfonds of -portefeuille naar keuze. De uitvoerder bepaalt de keuzemogelijkheden. Het uiteindelijke pensioenkapitaal op pensioendatum is afhankelijk van de beleggingsresultaten. Het risico ligt dus bij de werknemer, die zelf verantwoordelijk is voor het maken van beleggingskeuzes en het beheren van het beleggingsrisico.
Binnen een beschikbare premieregeling zijn er verschillende beleggingskeuzes mogelijk, die elk hun eigen risico- en rendementsprofiel hebben. Zo kan er bijvoorbeeld gekozen worden voor beleggingen in aandelen, obligaties, vastgoed, grondstoffen of een combinatie daarvan. De keuze voor een bepaald beleggingsprofiel hangt af van verschillende factoren, zoals leeftijd, risicobereidheid en persoonlijke situatie.
Om werknemers te helpen bij het maken van de juiste beleggingskeuzes bieden pensioenfondsen en verzekeraars vaak beleggingsadvies en -ondersteuning aan. Ook worden er regelmatig collectieve beleggingsstrategieën ontwikkeld en aangeboden, waarbij het beleggingsrisico wordt gespreid over meerdere beleggingscategorieën.
Het beschikbare premiesysteem in de tweede pijler biedt werknemers meer flexibiliteit en keuzevrijheid dan het traditionele systeem van een gegarandeerde uitkering. Tegelijkertijd brengt het ook meer verantwoordelijkheid en risico met zich mee voor de werknemer. Het is daarom belangrijk dat werknemers zich goed laten informeren en adviseren over de verschillende beleggingsmogelijkheden en hun persoonlijke situatie goed in overweging nemen bij het maken van beleggingskeuzes.
Het aankopen van pensioen is het omzetten van het opgebouwde pensioenkapitaal in een periodieke uitkering (pensioenuitkering) bij pensionering. Het aankopen van pensioen wordt ook wel ‘pensioenverzekering’ genoemd.
Het aankopen van pensioen gebeurt meestal via een verzekeraar of pensioenfonds. Er zijn twee soorten pensioenverzekeringen die kunnen worden afgesloten: een vaste en een variabele pensioenuitkering.
Bij een vaste pensioenuitkering is het bedrag dat de gepensioneerde maandelijks ontvangt vooraf vastgesteld. Dit bedrag blijft gedurende de hele uitkeringsperiode gelijk en is afhankelijk van de hoogte van het opgebouwde pensioenkapitaal en de rentestand op het moment van aankoop.
Bij een variabele pensioenuitkering wordt het pensioenkapitaal belegd en wordt de hoogte van de pensioenuitkering bepaald door het behaalde beleggingsrendement. De hoogte van de uitkering kan dus variëren gedurende de uitkeringsperiode.
Voordat het pensioen wordt aangekocht, heeft de gepensioneerde het recht om verschillende offertes van verzekeraars en pensioenfondsen te vergelijken en te kiezen voor de meest gunstige optie. Het is verstandig om bij het maken van deze keuze ook rekening te houden met de financiële situatie en levensverwachting.
Het aankopen van pensioen is een belangrijk onderdeel van het pensioenproces. Het is daarom van groot belang om hierbij goed geïnformeerd te zijn en de juiste keuzes te maken om een financieel stabiele pensioenperiode te waarborgen.